vrijdag 29 april 2016

Foto's bij Cluis

















Cluis

dag 72  /  maandag 18 april

We worden verrast door de zon en een strakblauwe lucht!

Als we om kwart over 8 beneden komen, staat er een super lekker echt kasteel-ontbijt voor ons klaar:
voor ieder een kannetje vers geperst sinaasappelsap, koffie, thee, allerlei soorten brood en croissantjes,2 soorten jam, verse aardbeien, een stuk appeltaart, een bakje appelmoes en voor elk een potje crème caramel. De bakjes appelmoes nemen we mee voor onderweg.
Tijdens het eten komt de heer des huizes met de tampon (het stempel voor in je pelgrims-paspoort).

Als we klaar zijn om weg te gaan, bekijken we eerst het kasteel.
De hond gaat weer even te keer, maar nadat wij hem vriendelijk hebben toegesproken, wil hij aangehaald worden en komt een kapotte bal brengen om te spelen. Even later ligt hij zelfs op zijn rug om op zijn buik geaaid te worden!
Sjonge, wat worden wij dapper!

We gaan op pad en worden al snel ingehaald door een Duitse pelgrim uit Frankfurt. Hij is al 45 dagen onderweg en heeft alle soorten weer meegemaakt: sneeuw, hagel, regen en zon! Zijn tent heeft hij al teruggestuurd. Hij gaat ook naar Cluis, maar slaapt in een B&B. Wij gaan naar het pelgrims-hostel.
De Duitser vraagt nog even onze namen voor zijn blog en verdwijnt dan een modderpaadje in.

Wij lopen over de weg naar Varennes, waar een oud klooster is, dat ook een tijdje als refuge heeft gediend. Nu niet meer, maar je kunt we bij een gewoon  huis in in dat dorpje slapen!

We genieten van het vogel-gezang, de bloeiende bermen, de vergezichten en de zon. Via allerlei mooie weggetjes komen we in Cluis. Om ongeveer half 6 komen we bij het pelgrims-huisje aan.
De deur staat al open, want er is al een stel Nederlanders, uit Twente (aan hun spraak te horen).
Zij zitten buiten in de zon bier te drinken en te roken. Zij hebben boodschappen bij de Spar gedaan, die tot onze verbazing op maandag geopend is.
Lysan gaat ook even Cider en rosé bij de Spar halen.
Na het douchen zetten we ook een paar stoelen buiten, om nog even van de zon te genieten met een glas cider. Maar het wordt al gauw te koud, dus gaan we eten koken.
We eten Bami-soep met zelf geplukte kruiden en courgette en toe een mini-kwarkje. Als wij gegeten hebben, warmen Marcel en Elise hun magnetron-maaltijden op. Daarna gaat Marcel naar bed en zitten wij nog een tijdje met Elise te praten.

We moeten een slaapkamer delen met twee stapelbedden. Pru denkt niet op het bovenste bed te kunnen komen, dus daar gaat Lysan slapen, hoewel ze haar twijfels heeft over hoe ze er weer uit moet komen. Terecht blijkt 's nachts: na een kwartiertje benen uitsteken en twijfelen over diepte en voor- of achteruit van het bed kruipen, staat ze eindelijk op de grond! Om volgende pogingen te vergemakkelijken, schuift ze een stoel bij het trapje.

Foto's bij Sarzay














Vervolg Sarzay

Nog steeds dag 71/  zondag 17 april

Op de kaart zien we dat we eerst een stukje van de officiële route moeten lopen en daarna rechts afslaan om in Sarzay te komen.
De route wordt aangegeven via een modderig pad, dat eerst langzaam naar beneden en daarna steil omhoog loopt.

Ergens halverwege worden we belaagd door twee honden.
Een flinke bruine vuilnisbakkenrashond, die hard blaft en opdringerig is, maar geen kwaad in de zin heeft en een Snauzer, of hoe zo'n beest mag heten, die dreigend gromt en om ons heen springt met ontblote tanden.
Hoewel we dapper: Af , Allez en Ga naar je baas roepen, worden we er toch niet erg blij van. Ondertussen moeten we ook nog tegen de natte, steile helling op zien te komen. Dat is zonder honden al lastig genoeg!

De pelgrimsroute wordt nog steeds aangegeven, maar heel anders dan in het boekje.
In ons 'Pelgrimsweg van Vezelay-boekje' loopt de route niet door Sarzay!

We lopen een eindje terug en vragen de weg aan een jonge man, die bij zijn huis bezig is: doorlopen tot de watertoren en dan links naar beneden de kronkels volgen, dan naar rechts en dan ben je op de weg naar Sarzay!

Bij de watertoren gaan we op een stoepje zitten om even uit te rusten en een klein hapje te nuttigen, maar het is er zo koud en winderig, dat we al gauw weer -met moeite vanwege de spierpijn- opstappen.

Beneden aan de steile kronkelweg, kijkt Lysan voor de zekerheid op de kaart die Hylke (husband) voor haar op haar mobieltje heeft geladen. Met behulp van de GPS zien we precies waar we zijn.
Dat helpt!
Maar er lijkt geen einde aan de weg te komen.

Eindelijk: daar is het!
Een machtig middeleeuws kasteel met bijgebouwen en in één van die gebouwen is het B&B
 'Le Chateau'.
Een grote zwarte hond rent ons blaffend tegemoet. 'Il n'est pas mechant' roept de kasteelheer en daar vertrouwen we dan maar op.

De heer des huizes begroet ons met een ouderwetse handkus en een knix en wijst ons onze kamer met  een lits-jumeaux, douche en toilet.
We zijn allebei totalos en zeggen hem dat we erg moe zijn.
De spieren in onze benen protesteren luid, vooral bij zitten en opstaan.

We regelen een bed voor de volgende dag in Cluis, daarna douchen we en wassen onze kleding.
We gaan eten in restaurant 'Le Chateau' in Sarzay, waar we een tafel voor het raam hebben met uitzicht op het kasteel. Het ziet er prachtig uit in de avondzon en we genieten van een goede maaltijd: als voorgerecht een salade, daarna parelhoen en toe koffie met (Lysan) cognac.
Heerlijk we komen weer helemaal bij!

Als we tegen half 10 bij het kasteel terug komen, is de poort gesloten! Wat nu?

We zien in het donker niet of er ergens een bel zit, dus er zit niets anders op dan hard : Allo, allo, te roepen.
 Dit keer zijn we blij met een hond die aanslaat. Er komt een mevrouw in nacht gewaad en duster naar de poort. Ze is verbaasd ons te zien. Haar man had gezegd dat wij zo moe waren dat we meteen naar bed waren gegaan.
We vinden het fijn dat we niet voor de poort hoeven te slapen en gaan -nu wel- direct naar bed.


donderdag 28 april 2016

Sarzay

dag 71  / zondag 17 april

Om 6.45 gaat de wekker.
We hebben alle twee niet zo goed geslapen.
Prunel had niet alleen een krakend bed, maar er zat ook nog een diepe kuil in.
Als we bijna klaar zijn met ontbijten en inpakken, staat Chantal klaar om ons weg te brengen.

Het regent de hele ochtend. Soms hard en dan weer zacht.  Pru heeft bedacht dat dit een meditatieve dag wordt, omdat het zondag is en we niet naar een kerk gaan. Zij heeft een nieuw testament bij zich, waarbij de Nederlandse en de Engelse vertaling naast elkaar staan. We lezen het eerste gedeelte van het evangelie van Johannes, bij de ene rustpauze in het Nederlands en bij de volgende in het Engels en het is de bedoeling dat we daar onder het lopen over mediteren.

Het landschap lijkt erg saai in de regen en het is ook behoorlijk koud. In Lacs is een redelijk schoon toilet bij de bushalte We rusten daar een tijdje uit op een muurtje half onder een afdak en eten onze lunch op, terwijl er ergens vandaan een heerlijke lucht komt. Als we verder gaan zien we dat we bijna naast een crêperie hebben gezeten. Hadden we dat nu maar eerder gezien!

Ondertussen is het droog.

Onderweg zien we nog een eekhoorntje en dan zijn we al gauw in het mooie stadje La Châtre. Het ligt wat hoger met het restant van een oud kasteel, mooie oude huizen en een kerk die goed gerestaureerd is.
Ik brand twee kaarsen: 1 voor 2 vriendinnen die ziek zijn en 1 voor mijn ouders, familie en kinderen.

Op het stadsplein, in een restaurant, nemen we een crêpe en een croque-monsieur, die we samen delen.We ontmoeten er een Iers stel van ongeveer 70 jaar, die al jaren etappes van de weg naar Santiago lopen. Ze vertellen dat ze meestal zo'n 30 km per dag lopen, maar nu wordt het mevrouw te veel. Ze heeft de laatste paar dagen haar voeten stuk gelopen en wil nu kleinere afstanden gaan doen. Ze blijven hier twee nachten, zodat haar voeten kunnen helen.

Om 3 uur vertrekken we richting Sarzay.

woensdag 27 april 2016

Foto's bij Neret (La Tremble)














Neret (La Tremble)

dag 70  /  zaterdag 16 april

Er staat een heerlijk ontbijt voor ons klaar, als we om 8 uur beneden komen: 7(!) verschillende soorten zelfgemaakte jam, 2 soorten brood, waarvan 1 zelfgebakken, koffie en thee en hardgekookte eieren om mee te nemen voor de lunch.
Ook worden er over en weer foto's gemaakt en email-adressen uitgewisseld.

Het regent buiten en als we in vol ornaat naar buiten willen lopen, ontdekt Lysan dat ze nog op haar sokken loopt! Zoiets heeft Monique nog nooit beleefd.
Die Alzheimer begint gevaarlijke vormen aan te nemen!

Het miezert, eerst hard en daarna minder. De temperatuur is vrij hoog, zodat we het snel warm hebben. De regenjassen gaan weer uit en we helpen elkaar de jassen aan de rugzakken te hangen. Die van mij zat blijkbaar niet goed vast, want als Pierre en Monique ons op weg naar de supermarkt inhalen, hebben zij mijn poncho bij zich, die ergens op de weg lag.

We zien een hert dat ons verbaasd aankijkt, terwijl hij rustig langs de rand van het veld blijft lopen.
Als we dichterbij komen, verdwijnt hij met grote sprongen in het struikgewas.

In St. Jeanvrin vragen we bij de Mairie of we daar naar het toilet mogen en dat mag.

In Chateaumeillant vragen we bij de Information waar de supermarkt is. Dat lijkt niet al te ver, maar als we er na een kwartier nog niet zijn, gaat Prunel met onze rugzakken op een bankje zitten en loopt Lysan nog zo'n 10 minuten door.

 Er is een enorm grote Intermarché net buiten het stadje, waar ik voor ongeveer 3 dagen eten koop. De komende dagen lopen we door dorpjes met geen of weinig winkels. Bovendien is het morgen zondag, dus als er al een winkel is, is die alleen 's ochtends open en 's maandags zijn bijna alle winkels de hele dag dicht. Als ik terug loop, giet het weer van de regen. Prunel heeft onze spullen naar een bushokje gesleept, waar ze rillend op mij staat te wachten (geen bankje).

Het restaurant bij het bushokje was open, maar is opeens gesloten! Gelukkig is er nog een andere gelegenheid die wel open is. Daar nemen we elk een zgn kleine vissalade: een gemengde salade met warme gebakken vis en pesto-mosselen. Daarbij water en brood en toe koffie.
Terwijl we zoveel eten bij ons hebben, hebben we voorlopig weer genoeg gehad!

Als het droog is gaan we weer op stap. Het duurt niet lang of het begint weer te gieten en nu lijkt het niet meer op te houden.
Bij de mooie oude kerk van Neret is een begravenis aan de gang, dus we durven niet naar binnen.
Tegenover de kerk is een vrij groot wacht-huisje voor de bus, daar gaan we zitten en eten we 1 van de hardgekookte eieren van Monique op. Daarna een kwarkje en een mandarijn.
Als de begravenisstoet verdwenen is willen we de kerk in, maar nu is de deur op slot.

Hoewel het nog geen 5 uur is, bel ik mevrouw Chantal Loret om te zeggen dat we er zijn en 5 min later haalt ze ons op en brengt ons naar haar boerderij  "La Tremble"
De refuge is een deel van een stal, waar 5 of 6 pelgrims kunnen slapen. Er is centrale verwarming, een keukentje met koelkast en een kookplaat, de bedden zijn opgemaakt en er liggen handdoeken en washandjes klaar.
We krijgen 2 verse eieren, stokbrood boter, 3 soorten jam en sap en later brengt Chantal nog een halve liter melk.

We gaan lekker douchen, doen de was, drinken koffie en chocolademelk en later thee. Om 8 uur eten we goulashsoep en eten stokbrood met salami en brie met daarbij elk een glas rode wijn en toe kwarkjes en druiven.
Na de afwas nemen we nog een beker thee met een stuk pure chocolade met amandelen.

In de stal loeit zo nu en dan een koe. Prunel haar bed kraakt verschrikkelijk en Lysan hoort ieder geluidje, ondanks haar oordoppen.

Foto's bij La Petit Preugne (ST. Jeanvrin)