donderdag 14 mei 2015

Nevers

dag 62  /  za. 2 mei

Om 7 uur klinkt het liefelijke geluid van mijn wekker.
Eindelijk weer eens goed geslapen!

Om kwart voor 8 komt mevr. Streiff met een theewagen het ontbijt brengen: stokbrood, bruinbrood, brioche-brood, een kan koffie, melk, fles sinaasappelsap, boter en jam. Samen met Eline haar hagelslag een uitgebreid ontbijt.
Mevrouw heeft voor ons gebeld hoe laat de bus naar Nevers uit Premery vertrekt, want we willen een stukje met de bus, omdat we anders een dag te kort komen. De bus vertrekt om 08.55 uur vanaf de kerk en mevrouw legt uit hoe we daar zo snel mogelijk kunnen komen.
We nemen afscheid en vertrekken, maar omdat we een afslag missen, moeten we heel snel doorlopen om de bus te halen.
Vanuit de bus zien we wild kolkende rivieren en koeien en paarden die op eilandjes in de weilanden staan. Alles is ondergelopen en overstroomd en het water is bruin van de modder.
Aan de rand van de stad stappen we uit en volgen de bordjes naar het centrum. We lopen langs een shoppingmall, waar we lekker brood, groenten en fruit en sinaasappelsap kopen. In het oude gedeelte van Nevers lopen we over een boerenmarkt. Wat een verleiding: gegrilde kip en konijn, gerookte vis,heerlijke groenten en fruit, enz., enz.!

We lopen naar het kloostercomplex waar Bernadette van Lourdes ligt opgebaard en komen in een kerkdienst van een Nederlandse groep pelgrims naar Lourdes terecht. We blijven er even, maar gaan dan buiten kijken naar de namaak Lourdesgrot. Lysan haalt op het kantoortje een tampon (=stempel) in haar pelgrimspaspoort en daarna gaan we naar de kathedraal. De kathedraal van Nevers is gedeeltelijk romaans en verder gotisch. Jammer genoeg zijn alle ramen in de oorlog gesneuveld en heeft een moderne kunstenaar er afschuwelijke nieuwe ramen in gezet: knalgroen en lelijk rood.
 Het staat erg armoedig in zo'n mooi gebouw.

We lopen naar de Loire en kijken naar het woeste, bruine water van de rivier dat onder de mooie brug door stroomt.
Buiten de stadsmuur om lopen we weer richting centrum. In een mooie tuin: Le Jardin de Musée de Fayence, eten we onze lunch op. Als we bijna klaar zijn begint het weer te regenen. De laatste happen en slokken nemen we staand onder Eline haar paraplu.
Dan weer tassen dicht, hoezen erom en poncho aan door een mooie stadspoort naar de brug over de Loire en er overheen en aan de overkant direct naar rechts, naar ons overnachtings-adres.
Bij een schelp aan het einde van weg moeten we het hek door en pijlen wijzen ons de weg naar de deur van ons verblijf.

Gastheer Xavier loopt achter ons aan het huisje binnen en maakt ons wegwijs in het huisje.
We kunnen een bed uitkiezen in de slaapkamer, er staan er vier, en er is een enorme voorraad eten in de zeer complete zit/eetkeuken. Behalve op de koffie, thee, suiker en potten jam, staat overal een prijsje op en er staat een doosje waar je het geld in kunt doen. De overnachting kost een 'donativo', een vrijwillige bijdrage in de kosten! Een ruime badkamer maakt het huisje compleet.
De verwarming staat overal aan, dus we gaan lekker douchen en onze kleren wassen en we brengen de rest van de middag in de eetkeuken door, terwijl we lezen en ons dagboekje bij werken. Aan het einde van de middag, na diverse kopjes koffie, maakt Lysan een fles Beaujolais open. Eline drinkt geen alcohol, maar lust wel wijn door de pastasaus.
Misschien komen er nog twee pelgrims, maar dat wist onze gastheer niet zeker.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten